De gapende stilte
‘Je kunt niet niet communiceren’ was de eerste zin die ik gebruikte in de eerste module voor mijn opleiding Communicatie. En wat is die voor mij steeds meer waarheid geworden. Je communiceert namelijk altijd. Of je nu woorden gebruikt, verbaal, non-verbaal, niks zegt, wel of niet iets doet, je communiceert. Je laat iets van jezelf zien. Iets van wat jij belangrijk vindt (of niet), een onderliggend verlangen of juist een grens. Door mimiek, door woorden, door houding, door afstand of nabijheid.
En voor iemand die van verbinding is en gevoelig voor sfeer is dat niets zeggen, die gapende stilte, een bron van onzekerheid. In en uit de verbinding stappen, onbewust en zonder verkeerde intenties, geeft ongemak, spanning en frustratie. Wachten op feedback van een docent of digitaal wachten op een reactie. Vroeger heette dat negeren, iets waar mijn moeder ook vreselijk last van had als haar moeder (de oma die ik nooit gekend heb) dat deed. Thuiskomen en genegeerd worden doet iets met je, zeker als de sfeer al wat gespannen is. En het maakt niet uit of dat een lastige of leuke spanning is.
Mijn behoefte aan verbinding, het gevoel dat ‘het nog goed zit’, verder kunnen, in beweging blijven met elkaar. Het frustreert omdat wachten ook ruimte geeft voor interpretatie. Aannames doen die een eigen leven gaan leiden maar helemaal nergens op gebaseerd zijn.
Welke mate van verbinding is er dan? Je kunt de ander niet veranderen, laat staan dwingen tot communiceren op jouw manier. En dus kan ik het alleen bij mezelf houden, ik kan alleen zelf mijn behoeftes en verlangens (h)erkennen en begrenzen. Zelf wel blijven communiceren wat voor een ander weer als een overdosis aan communicatie ervaren kan worden. Of opdringerig, bemoeierig, overheersend, aanjagend (opjagend zelfs?). En dat alles in een vorm van samen-beleving van het leven.
Tegenwoordig stuur je een mail en ook maar een appje voor de zekerheid. Stel je voor dat de ander je mail nog niet gelezen heeft…
Ja, niet communiceren frustreert mij terwijl ik tegen mijn jongens zeg dat het vroeger wel twee weken kon duren voordat je antwoord had via de post. Handgeschreven, in een envelop, postzegel erop en niet vergeten naar de brievenbus te brengen. En dan afwachten of de PTT meewerkt. Surprise… twee dagen te laat of de brief is zoek geraakt!
Hoe doe je communiceren dan wel goed? Dat lukt alleen als je de onderliggende behoeften aan communicatie bij jezelf weet en kenbaar durft te maken. Bange kwetsbaarheid tonen (zie mijn vorige blog). Kneiterlastig dat communiceren. Ondertussen ben ik er wel achter dat ik lastige dingen niet uit de weg ga, misschien juist wel opzoek. Vandaar dat ik nog even doorbikkel om mijn bachelor Communicatie te halen.